3.
HET ONTSTAAN VAN DODE MATERIE ZOALS WATER Inleiding Gebaseerd op de ontdekking dat een materiedeeltje een onstoffelijke macht is die zich manifesteert als een boodschappers uitsproeiende bron, heb ik in het voorgaande artikel een religieuze verklaring kunnen ontwikkelen van het ontstaan van het heelal. Het heelal bleek geschapen te zijn door een Goddelijke Macht, die zich manifesteerde als een ontelbaar aantal boodschappers uitsproeiende oerstofdeeltjes, welke oerstofdeeltjes door hun uitgesproeide boodschappers hun aanwezigheid in het heelal kenbaar konden maken. In mijn boek "Een religieuze verklaring van het gedrag der dode en levende materie" heb ik beschreven, hoe een nieuw optredende onstoffelijke macht zijn boodschappers gaat toevoegen aan de reeds bestaande stroom boodschappers van een oerstofdeeltje, waarna deze boodschappers hun werk gaan doen door het aantrekken van andere oerstofdeeltjes onder de juiste hoeken op de juiste afstanden en zich b.v. een elektron gaat vormen. Door een Goddelijke evolutionaire scheppingsdrang in de vorm van steeds nieuwe optredende onstoffelijke machten kunnen zich na elkaar elektronen, neutronen, protonen, atomen en moleculen vormen, gevolgd door levende organismen. Ik wil hierbij aantekenen, dat al deze materiedeeltjes dus ontstaan zijn door het verschijnen van nieuwe onstoffelijke machten en dat ze niet vanzelf ontstaan zijn of door toeval of kosmische straling of "survival of the fittest". In dit artikel wil ik het ontstaan van een molecuul water eens bespreken als voorbeeld van wat er allemaal voor onzichtbaars gebeurt bij het ontstaan van een zichtbaar lichaam (1). Het zal daarbij blijken dat het ontstaan van water (en in principe van alle zichtbare lichamen) altijd in vier stappen gebeurt. Plato had in zijn natuurfilosofische beschouwingen verondersteld, dat een onstoffelijke ziel rechtstreeks een zichtbaar lichaam vormt uit de omringende materiedeeltjes, maar daarmee waren onoplosbare problemen ontstaan (2). Aristoteles had echter met een geniale intuïtie aangevoeld dat er tussen de ziel en het zichtbare lichaam een tussenstap (3) moest zitten, in welke tussenstap er een soort instrument gevormd werd waarmee de ziel zijn werk kon doen. Door een grondig onderzoek van vele natuurkundige en biologische verschijnselen heb ik ontdekt, dat deze tussenstap een katalysator is. (bij levende creaturen DNA moleculen genoemd) We krijgen inzicht in het Intelligent Design (ID) van de Schepping en de grootsheid van de Schepper. Hieronder volgt een beschrijving van het ontstaan van een molecuul water in vier stappen. (1) Zichtbare lichamen zijn alle planten, dieren, mensen en dingen (2) Zie b.v. Geschiedenis van de Wijsbegeerte der Grieken en Romeinen van dr F.Stassen (3) Zie De ziel en haar voertuig van Prof.dr. A.P.Bos 1e stap. Het ontstaan van een ziel die met de vorming van water is belast Uit de waarnemingen van het wetenschappelijk onderzoek heb ik kunnen ontdekken, dat elk materiedeeltje in wezen een onstoffelijke macht is die zich manifesteert als een boodschappers uitsproeiende bron die tevens gevoelig is voor invallende boodschappers. Elk materiedeeltje sproeit daarbij ook boodschappers uit die een eigen karakteristieke frequentie bezitten, waardoor een materiedeeltje in de omgeving dit materiedeeltje direct kan herkennen. Maar omgekeerd ook duidt een boodschappers uitsproeiende bron op de aanwezigheid van een bijbehorende onstoffelijke macht. Aangezien uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat ook een molecuul water boodschappers met een eigen karakteristieke frequentie uitsproeit, blijkt hieruit het bestaan van een eigen onstoffelijke macht die dit watermolecuul heeft opgebouwd. Alle onstoffelijke machten die belast zijn met de vorming van een kant en klaar zichtbaar lichaam zoals in dit geval water, zullen we in het vervolg ziel noemen, of als er misverstanden zouden dreigen, desnoods de waterziel. Het woord "ziel" heeft vele betekenissen, maar ik reserveer het woord ziel dus voor alle onstoffelijke machten die zich kunnen manifesteren als een kant en klaar zichtbaar lichaam. De onstoffelijke macht die dus een elektron vormt uit oerstofdeeltjes is dus de ziel van een elektron of zo men wil een elektronenziel. Evenzo is er ook een protonenziel, een neutronenziel, een mensenziel en is er dus ook een waterziel. Ik wil er in deze studie van uitgaan, dat een Goddelijke Macht een waterziel heeft geschapen met de bedoeling dat deze waterziel ergens water kan laten ontstaan in het stoffelijk heelal. De komst van water kan de voorbereiding zijn van de komst van levende organismen en de Goddelijke Macht moet dus weten waar het ontstaan van water zinvol kan zijn, dus b.v. op onze aarde. Als de Goddelijke macht water had willen laten ontstaan op een planeet waar b.v. geen waterstof en zuurstof nog aanwezig waren, dan was het ontstaan van water niet erg ver gekomen. De bovengenoemde Goddelijke Macht weet dus kennelijk waar in het stoffelijk universum water nodig is en of de voorwaarden voor de vorming van water aanwezig zijn. Alle zichtbare lichamen hebben dus evenals water eerst een ziel gekregen van een Goddelijke Macht, waarna deze ziel via enkele tussenstappen het bijbehorende zichtbare lichaam gaat vormen uit de omringende materiedeeltjes door het afwerken van een programma van aantrekkende en afstotende krachten. 2e stap. De ziel vormt een onstoffelijke werkgroep van onstoffelijke machten met bijbehorende katalysator Na een zeer uitgebreide studie met als basis de natuurfilosofie van Aristoteles (4) en de waarnemingen gedaan door het natuurkundig en biologisch onderzoek ben ik tot de conclusie gekomen, dat elke ziel als tussenstap zich eerst een werkgroep van onstoffelijke machten vormt met bijbehorende onstoffelijke katalysator (DNA molecuul voor levende wezens). Een ziel kan niet rechtstreeks een zichtbaar lichaam laten ontstaan maar moet dit doen via een katalysator. Voor de vorming van water formeert de waterziel eerst een werkgroep van onstoffelijke machten en een onstoffelijke katalysator platina, waarna de onstoffelijke katalysator platina in de 3e stap over gaat in een stoffelijke katalysator platina. (4) Zie mijn boek Een religieuze verklaring van het gedrag der dode en levende materie hfst. 2 De onstoffelijke waterziel heeft een potentiële platinavormende macht tot zijn beschikking gekregen om zich straks te kunnen manifesteren als katalysator. Dit is een programma van aantrekkende en afstotende krachten die straks een ruimtelijke constructie van 78 protonen, 117 neutronen en 78 elektronen kan vormen. We moeten aannemen dat er protonen, neutronen en elektronen voorhanden zijn op de plaats waar de katalysator zal ontstaan, want anders gaat de vorming van platina niet door en moet de waterziel maar wachten tot de vereiste bouwstenen van platina voorbij komen. 3e stap. De overgang van een onstoffelijke naar een stoffelijke katalysator Als de waterziel geconstateerd heeft dat de bijbehorende werkgroep van onstoffelijke machten en de onstoffelijke platinavormer in potentie kant en klaar aanwezig is, gaat de waterziel zich manifesteren in een stoffelijke katalysator platina. De overgang van het onstoffelijke naar het stoffelijke ligt besloten in het wezen der materie, zoals dat door mij geformuleerd is als: Een materiedeeltje is een onstoffelijke macht, die zich manifesteert als een puntvormige bron die boodschappers uitsproeit. Bij de overgang van een onstoffelijke katalysator platina in een stoffelijke katalysator stel ik mij voor, dat een of ander bestaand materiedeeltje, b.v. een proton gepromoveerd wordt tot groeikern van een atoom platina. Op het moment dat dit proton in bezit genomen wordt door de waterziel, op dat moment worden er aan zijn bestaande stroom boodschappers nieuwe boodschappers toegevoegd die uiteindelijk de voorbij komende protonen, neutronen en elektronen onder de juiste hoeken op de juiste afstanden in de juiste volgorde gaan aantrekken tot er een compleet platinamolecuul is ontstaan. Naar wens van de betrokken waterziel kunnen er daarna meerdere atomen platina ontstaan om meer water te kunnen vormen In de komende hoofdstukken zal blijken, dat katalysatoren (bij levende materie DNA molecuul genoemd) een sleutelrol gaan spelen in het natuurgebeuren. Reeds nu is het goed zich te realiseren, dat bij de vorming van water het platina maar een soort vlag is die aangeeft dat op die plaats zich daar een waterziel bevindt die het werk gaat doen. Het platina zelf doet niets en alleen de daarbij behorende waterziel doet het werk. Waarom de waterziel het platina als een katalysator heeft gekozen weten wij niet, maar er zal in de onstoffelijke wereld wel een reden voor zijn. Daarom kunnen de vreemdste stoffen als katalysator fungeren en voltrekt zich in de uitlaat van een auto eigenlijk een religieus gebeuren. 4e stap. Het ontstaan van water op de katalysator platina Aan het oppervlak van de katalysator platina vormt het zichtbare lichaam water. Zolang er nog geen katalysator verschenen is op de plaats waar water moet komen, zolang blijven waterstof en zuurstof bij elkaar in de atmosfeer en gebeurt er niets, ook al wachten we jaren lang. Zodra echter platina verschijnt, dan verbindt zich plotseling onder heftige warmteontwikkeling een atoom zuurstof met twee atomen waterstof tot water zonder dat het platina dus verandert. Een katalytische reactie is voor de materialistische natuurfilosofie een onverteerbaar probleem. Iedereen voelt dat er iets geheimzinnigs, iets spiritueels gebeurt, maar veel verder dan wat vage zogenaamde verklaringen komt de natuurkunde niet, terwijl toch het gehele natuurgebeuren doortrokken is van katalysatoren, ook wel genoemd vitaminen, enzymen, hormonen, fermenten of DNA-moleculen. Ik wil nu eens onderzoeken wat voor religieus er precies gebeurt bij de vorming van water op het oppervlak van de katalysator platina. De vorming van water wordt geheel gedicteerd door een betrokken waterziel en wel op de volgende manier: Uit een platina-atoom sproeit de werkgroep van onstoffelijke machten boodschappers met een bepaalde periodieke verandering in hun boodschappen (bepaalde frequentie) na elkaar de ruimte in. Ze dwingen een voor deze frequentie gevoelig passerend zuurstofatoom zich naar hun bron te bewegen. Zodra dit zuurstofatoom door de platinakatalysator is aangetrokken dicteert de waterziel de volgende stap in zijn programma van aantrekkende krachten. Het zuurstofatoom gaat nu twee stralen boodschappers uitsproeien onder een hoek van 105 graden zoals hieronder is afgebeeld.
Deze twee stralen boodschappers hebben ook ieder weer een bepaalde periodieke verandering in hun boodschappen (bepaalde frequentie) en dwingen twee voor deze frequentie gevoelige waterstofatomen naar het zuurstofatoom te bewegen. Als de twee waterstofatomen het zuurstofatoom bereikt hebben vormt zich een molecuul water. Zoals men uit bovenstaande afbeelding ziet blijven de twee waterstofatomen op een afstand van 0,0000001 mm van het zuurstofatoom steken. De twee waterstofatomen en het zuurstofatoom vliegen niet tegen elkaar aan en de vraag is natuurlijk hoe dat komt. Het is weer een van die verborgen vragen waar de materialistische natuurfilosofie eigenlijk geen antwoord op heeft en waar dan maar overheen gepraat wordt. Ik meen dat de twee waterstofatomen op een afstand van 0,0000001 mm van het zuurstofatoom blijven steken omdat het zuurstofatoom daartoe twee soorten boodschappers uitsproeit. Het ene soort boodschappers verlaat het zuurstofatoom in twee scherpe stralen onder een hoek van 105 graden waardoor het waterstofatoom met een constante kracht gedwongen wordt om naar hun bron (zuurstofatoom) te gaan. Gelijkertijd tijd sproeit het zuurstofatoom alzijdig een ander soort boodschappers uit, waardoor het water-stofatoom bij nadering van het zuurstofatoom met een toenemende kracht afgestoten wordt (5). Het is net als bij een gloeilamp, hoe dichter men bij de gloeilamp komt des te meer fotonen treffen de ooglens en hoe helderder wordt de lamp of ook, hoe dichter het waterstofatoom bij het zuurstofatoom komt des te meer boodschappers treffen het waterstofatoom en des te groter wordt de afstotende kracht. (5) Zie hfst 4 in mijn boek:Een religieuze verklaring van het gedrag der dode en levende materie Er ontstaat op 0,0000001 mm een evenwicht tussen de constante aantrekkende kracht en de toenemende afstotende kracht. Alleen een spel van boodschappers kan verklaren waarom twee waterstofatomen onder een hoek van 105 graden en op een afstand van 0,0000001 mm onwrikbaar gekoppeld worden en waarom er alleen waterstofatomen aangetrokken worden en niet een ander soort atomen zoals b.v. een stikstofatomen. Nadat het watermolecuul gevormd is verdwijnt de aantrekkende kracht die het zuurstofatoom aan het platinaoppervlak bindt en kan het watermolecuul zich vrij gaan bewegen. Het losgekomen watermolecuul blijkt nu van hoge temperatuur te zijn wat betekent dat het boodschappers van een bepaalde frequentie gaat uitsproeien die wij warmtestraling noemen. Ook sproeit het vrijgekomen watermolecuul boodschappers uit van een bepaalde frequentie die alleen door watermoleculen uitgesproeid worden en waaraan de omgeving het watermolecuul kan herkennen. Het is begrijpelijk dat de materialistische natuurfilosofie niet veel anders kan doen dan maar wat vage dingen zeggen over katalytische reacties, evenwichtsstanden en hoeken waaronder atomen elkaar aantrekken. Alleen een religieuze natuurfilosofie geeft ons inzicht in het bestaan van onstoffelijke machten met de werking van de vele soorten boodschappers en het daaruit voortkomende gedrag der materie. Naschrift Door gebruik te maken van de stoffelijke realisatie van een waterziel in de vorm van een katalysator kan een Goddelijke Macht op een bepaalde plaats in het heelal water laten ontstaan. De vorming van water kan de voorbereiding zijn tot het verschijnen van levende wezens en blijkbaar weten de Goddelijke Machten waar in het universum de voorwaarden gunstig zijn voor het laten verschijnen van levende wezens. Een Goddelijke Macht maakt in het stoffelijk universum gebruik van een ziel met een stoffelijke realisatie als katalysator om op de door hem gewenste plaats het door hem gewenste zichtbare lichaam te laten ontstaan. Dit kan dus zijn water zoals boven beschreven maar het kan met een andere katalysator ook zijn ijzer of koolzuur of stikstof. Er gebeurt niets door toeval of door kosmische straling of vanzelf. Alles gebeurt door onstoffelijke zielen, die op hun stoffelijke realisatie (katalysator of DNA molecuul bij levende wezens) hun bijbehorend zichtbaar lichaam laten groeien. Dit is dus het tegengestelde van de materialistische natuurfilosofie, waarbij alles gebeurt door toeval of door kosmische straling of door een onduidelijke werkzame kracht in het universum. Uit de drie voorgaande artikelen is de alles beheersende werking gebleken van de vele soorten onstoffelijke zielen met hun bijbehorende boodschappers. Een onstoffelijke ziel kan door het uitsproeien van zijn boodschappers in vier etappen een atoom, molecuul of levend wezen laten ontstaan zoals hierboven beschreven voor een molecuul water. De gehele evolutie vanaf het ontstaan van het heelal tot op heden is mijns inziens alleen aanvaardbaar door hierin het optreden te zien van boodschappers en hun bijbehorende onstoffelijke machten. |
|||||
© webdesign : StudioWitte | Home | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | Bestellen | Auteur | Contact |